We zijn blij met het feit dat er beleid komt om epilepsie bij rashonden terug te dringen. Toch gaan de maatregelen die de Raad van Beheer voorstelt niet ver genoeg.
Risicoras: 1 procent en meer
De Raad van Beheer stelt dat een ras een risicoras is als meer dan 1,6 procent van de honden epilepsie krijgt. Wetenschappers gaan echter uit van meer dan 1,0 procent (en sommige leggen zelfs de grens bij 0,7 procent). Dier&Recht vindt dat het advies van wetenschappers niet genegeerd mag worden.
Bovendien zullen niet alle dieren die epilepsie ontwikkelen ook daadwerkelijk bekend en/of gemeld worden. Dat betekent dat het aantal lijders al gauw wordt onderschat. Reden te meer om uit te gaan van 1 procent als ondergrens!
Helemaal niet kruisen met broers en zussen
Heeft een hond epilepsie, dan mag kruisen met broers en zussen nooit worden toegestaan. Ook niet na vijf jaar! Ook als deze broer of zus zelf geen epilepsie heeft gekregen, is de kans immers groot (50 procent) dat hij/zij wel drager is van epilepsie. Epilepsie wordt met het inzetten van broers en zussen verder verspreid in de populatie. En het aantal lijders zal dan uiteindelijk toenemen.
Sluit ook halfbroers en halfzussen volledig uit van de fokkerij
Ook het kruisen met halfbroers en halfzussen geeft nog steeds een groot risico. De kans dat deze dieren drager zijn van epilepsie is 25 procent. Om die reden is het niet verstandig om ze in de fokkerij toe te laten.
Outcross
Als er veel dieren worden uitgesloten van de fokkerij, blijven er te weinig fokdieren in de populatie over om het ras gezond te krijgen. Het is dan noodzakelijk om andere rassen in te kruisen om het risico op epilepsie en andere erfelijke aandoeningen te verkleinen.
Wij pleiten voor een streng beleid om epilepsie bij toekomstige rashonden te voorkomen. We dringen er bij de Raad van Beheer op aan de maatregelen verder aan te scherpen.
Wat weegt zwaarder: gezondheid of raszuiverheid?