Bij Odin, een grote Zwitserse sennenhond, werd na zijn eerste verjaardag erfelijke epilepsie vastgesteld. Zijn baasje doet haar verhaal.
Onze lieve Odin van nu ruim twee jaar, kreeg al tics toen hij een halfjaar oud was. Toen wisten we nog niet dat dat bij epilepsie hoort. Net na zijn eerste verjaardag kreeg hij zijn eerste volledige epileptische aanval. We stelden meteen de fokker op de hoogte, maar hij fokt gewoon door met de moeder van onze Odin, met alle risico’s van dien…
Onverklaarbare tics
Als Odin een maand of zes is, zien we af en toe gekke tics bij hem. Hij likt dan als het ware de lucht, en smakt. We hebben dit gefilmd en aan de dierenarts laten zien. Op dat moment kon die het niet plaatsen en hij adviseerde ons verder onderzoek te laten doen als er nog andere klachten bij kwamen.
Eerste grand mal
Op 26 juni 2020 had Odin zijn eerste volledige epileptische aanval (grand mal). Op de vroege morgen hoorden mijn man en ik een grote klap beneden. Mijn man vond Odin op de grond naast de bank. Hij schokte over zijn hele lichaam, schuim kwam uit zijn bek en hij liet zijn urine lopen. De aanval duurde maar kort, hoogstens twee minuten. Ik kon alleen maar huilen, het leek net of hij doodging.
Naar de dierenarts
Diezelfde dag nog gingen we naar de dierenarts. Hij onderzocht Odin en prikte bloed. In zijn bloed vond hij geen afwijkingen en omdat Odin zo jong was vermoedde de arts dat Odin primaire epilepsie had, een erfelijke vorm van epilepsie. Het zou bij een eenmalige aanval kunnen blijven. Op dat moment konden we eigenlijk nog niets doen, we moesten afwachten of er meer aanvallen kwamen. De hele week bleef Odin onrustig en sliep veel meer dan anders.
Tweede aanval
Het wachten duurde niet lang. Al negen dagen na zijn eerste aanval volgde de tweede. Weer in de ochtend en weer met een enorme herrie van de benedenverdieping. Deze keer was ik als eerste beneden. Ik vond Odin in de keuken, met heftige spiertrekkingen. Samen met mijn man trokken we hem weg van het keukenblok zodat hij zijn hoofd niet tegen de keukenkastjes zou bezeren. Er kwam bloed uit zijn bek, omdat hij op zijn tong gebeten had. Na de aanval lag hij stil op de vloer. Zodra mijn man in de buurt kwam, gromde Odin. Hij was gedesoriënteerd en zag ons niet. Mijn man en ik stonden in de hoek van de keuken te wachten tot Odin zich weer bewust was van ons en zijn omgeving.
Na ongeveer een halve minuut zagen we zijn blik veranderen en wisten we dat Odin ‘terug’ was. Hij zag ons, gromde niet meer. Odin was weer uitgeput en sliep het grootste gedeelte van de dag.
Clusteraanvallen
Die middag werd Odin rond een uur of vier wakker in de keuken. Ik zat in de woonkamer en Odin waggelde een beetje slaapdronken naar mij toe. Hij wilde geaaid worden. Het moment dat ik hem aanraakte begon hij over zijn hele lijf te trillen. Ik had snel door dat hij weer in een aanval kwam en riep mijn man. Het was de eerste keer dat we een aanval vanaf het begin zagen. We zetten de salontafels opzij zodat Odin de ruimte had. Mijn man probeerde hem rustig op de grond te leggen en ondersteunde zijn kop zodat die niet (te hard) tegen de vloer zou slaan. Dat was het begin van de clusteraanvallen.
Medicijnen zijn nodig om de (cluster)aanvallen te onderdrukken
Natuurlijk namen we meteen weer contact op met de dierenarts. Die adviseerde om meteen met medicijnen te beginnen aangezien aanvallen zo kort op elkaar, en ook nog clusteraanvallen, ernstig zijn. De kans op een status epilepticus (een epileptische aanval waar hij niet meer uit komt) neemt daardoor ook toe.
Een strak schema
De medicijnen moet Odin elke twaalf uur krijgen op vaste tijden. We kunnen hier maximaal een halfuur van afwijken. Dit heeft impact op je sociale leven. Uitslapen op zondagochtend kan niet meer. Een keertje uit eten moet goed gepland worden. Vakanties zijn erg lastig, want ook stress of dingen buiten zijn dagelijkse routine kunnen een aanval opwekken. We hebben allebei enorm lieve ouders die willen oppassen, hier hebben we veel geluk mee.
Een jaar aanvalsvrij
We vieren nu dat Odin een jaar geen aanval heeft gehad. Zijn tics zijn helemaal gestopt. Nu weten we dat die ook bij de epilepsie hoorden. Binnenkort moeten we zijn bloed weer laten prikken. De dierenarts beoordeelt dan of de medicijnen goed werken, en kijkt naar zijn leverwaardes vanwege de schadelijke bijwerkingen ervan. De medicijnen voorkomen epilepsieaanvallen en zijn echt zijn redding! Al met al is het wel een flinke kostenpost. Aan medicijnen zijn we zo’n 75 euro per maand kwijt en daarbovenop komen nog de kosten voor de controles bij de dierenarts. Je zult het maar niet kunnen betalen!
De fokker fokt door met de moeder van Odin
Nora, de moeder van Odin, is opnieuw gedekt en krijgt weer puppy’s – terwijl de fokker weet dat Odin epilepsie heeft en dat het erfelijk is. We vinden dat onbegrijpelijk. De kans bestaat dat deze puppy’s ook epilepsie ontwikkelen. En epilepsie is verschrikkelijk, vooral voor de hond maar zeker ook voor de baas.
Clusteraanvallen komen terug - het afscheid is onvermijdelijk
In 2022 komen de clusteraanvallen terug. Met de specialist en onze eigen dierenarts proberen we van alles om dat weer onder controle te krijgen. Niks helpt. De aanvallen worden ernstiger en komen vaker. Odin krijgt op het eind iedere 10 dagen een clusteraanval die wel 24 uur duurt. We durven hem niet meer alleen te laten. Toen hebben we besloten dat we hem moesten laten gaan. Op 22 september 2023 hebben we hem los gelaten. Vaarwel lieve Odin!
Heb jij een rashond met erfelijke epilepsie? Meld het! Alleen samen krijgen we epilepsie onder controle.