Hereditaire congenitale doofheid (erfelijke aangeboren doofheid)
Beschrijving
Hereditaire congenitale doofheid is een gehooraandoening die doofheid geeft aan één of beide oren. De oorzaak is erfelijk. Deze doofheid treedt op als gevolg van aantasting van de structuren in het binnenoor die zorgen voor de overdracht van geluidsgolven naar de hersenen. De verschijnselen van doofheid treden direct of binnen een paar weken na de geboorte op. De overerving van vachtkleur, oogkleur en gehoor gaat vaak samen. De kans op doofheid wordt groter naarmate er meer wit in de vacht zit. Vaak hebben deze katten blauwe ogen. Witte katten van alle rassen, ook van huiskatten zijn vaker doof of dragen de genen die doofheid veroorzaken met zich mee. Bij bepaalde rassen zijn witte katten nog vaker doof.
Diagnose
Doofheid aan beide oren wordt vastgesteld op basis van niet reageren op geluiden. Eenzijdige doofheid is heel lastig vast te stellen op basis van gedrag. Bij een vermoeden van doofheid is dan de BAER-test (Brainstem Auditory Evoked Response test) nodig. Dit is een test waarbij gekeken wordt naar de hersenactiviteit na het krijgen van een geluidsprikkel. Dit wordt altijd gedaan door een dierenarts.
Behandeling
Er is geen behandeling die doofheid kan genezen. Meestal worden dove katten voor hun eigen veiligheid binnengehouden.
Bij veel rasverenigingen is de BEAR-test verplicht bij witte ouderdieren, wordt doofheid vastgesteld dan worden deze dieren uitgesloten van de fok. Fokken met een witte moeder en een witte vader wordt bij veel stamboeken en rasverenigingen afgeraden of zelfs verboden om dove nakomelingen te vermijden.
Deze aandoening komt voor bij de volgende rassen: