Foxterriër - draadhaar

draadhaar
De foxterriër draadhaar is een klein hondje met een hoog risico op erfelijke aandoeningen.

De foxterriër draadhaar kampt met meerdere erfelijke ziektes, waaronder atopie, epilepsie en degeneratieve myelopathie. 

Atopie - ondraaglijke jeuk

Foxterriërs hebben bovengemiddeld vaak last van atopie. Dat is een allergie voor iets uit de omgeving die (soms ondraaglijke) jeuk veroorzaakt. De aandoening manifesteert zich vaak al op jonge leeftijd. Behandelingen zijn duur en ingewikkeld en lang niet altijd effectief.

Degeneratieve myelopathie - verlamming van de achterhand

Dit is een aandoening die de foxterriër draadhaar op latere leeftijd invalide maakt. Het ruggenmerg raakt aangetast en daardoor raken de achterpoten verlamd. Er is geen behandeling mogelijk, euthanasie is uiteindelijk de enige optie. De ziekte kan grotendeels worden voorkomen met DNA-testen en goed fokbeleid (dus alleen fokken met honden zonder de afwijkende genen).

Zenuwziektes

De foxterriër draadhaar heeft ook regelmatig andere aandoeningen van het zenuwstelsel die ernstige invaliditeit veroorzaken. Wobbler syndroom en cerebellaire ataxie zijn niet of moeilijk te behandelen en eindigen meestal met euthanasie. 

Epilepsie

Deze vreselijke ziekte wordt verspreid door fout fokbeleid. Het raszuiver fokken en doorfokken met broers, zussen en (groot)ouders van honden met epilepsie is nog steeds gangbaar bij heel veel hondenrassen. De foxterriër draadstaal vormt daarop helaas geen uitzondering.

Geschiedenis

De foxterriër draadhaar komt oorspronkelijk uit Engeland. Hij is waarschijnlijk ontstaan uit de witte Engelse terriër die werd gekruist met de gladharige foxterriër en misschien ook met de beagle. Het belangrijkste kenmerk was de grootte, de hond moest klein genoeg zijn om vossen en dassen onder de grond uit hun hol te jagen. De naam terriër is afgeleid van 'terra' wat aarde betekent. Iedere bruikbare terriër moest ondergronds kunnen. Fox komt uiteraard van het Engelse woord voor vos.

Aantal bij dit ras bekende erfelijke aandoeningen
17
Risico

Hoog risico op erfelijke aandoeningen

(Neonatale) cerebellaire ataxie (dronkemansgang door aandoening kleine hersenen) (2) CIDD
Peelman LJ, 2009
Atopie (omgevingsallergie) (3) CIDD
Thomas P.
GI
Blaastumoren (kanker van de blaas) (1) Cannon CM et al., 2015
Cataract (staar) (2) CIDD
Gelatt et al
Degeneratieve myelopathie (aantasting ruggenmerg) (2) 2010, Coats J.R. et al., Canine degenerative myelopathy
Zeng et al, 2014, degeneratieve myelopathie
Ectopische ureters (verkeerd aangelegde urineleiders) (1) UU
Epilepsie (2) CIDD
GI
Food hypersensitivity (voedselallergie/-overgevoeligheid) (1) GI
Glaucoom (groene staar, verhoogde oogdruk) (4) CIDD
Professionals Fokkerij, 2011
Gelatt et al
GI
Lensluxatie (loslating van de lens) (5) CIDD
Professionals Fokkerij, 2011
Peelman LJ, 2009
IDID
GI
Lissencefalie (hersenaandoening) (2) CIDD
Peelman LJ, 2009
Mega-oesophagus (slokdarmverwijding/slokdarmverlamming) (3) CIDD
Peelman LJ, 2009
IDID
Patella luxatie (losse knieschijf) (2) Professionals Fokkerij, 2011
GI
Pulmonaalstenose (vernauwing van de longslagader) (3) CIDD
BP
IDID
Tetralogie van Fallot (hartafwijking met vier abnormaliteiten) (1) BP
Wobbler syndroom (afwijkende gang door vernauwd wervelkanaal) (1) CIDD
Ziekte van Calvé-Legg-Perthes (heupaandoening door onvoldoende bloedtoevoer) (1) GI
Deel deze pagina