De somali stamt af van de abessijn. Hierdoor zijn deze rassen ook gevoelig voor dezelfde erfelijke aandoeningen, zoals amyloïdose (eiwitafzetting) en de oogaandoening PRA.
Erfelijke bloedarmoede
Bij de somali moet rekening worden gehouden met een verstoorde energiestofwisseling van de rode bloedcellen (pyruvaatkinase deficiëntie). Dit veroorzaakt bloedarmoede. Katten met deze aandoening kunnen al op jonge leeftijd ziek worden, zeker als er stress meespeelt. Als er alleen bloedarmoede is, kan een kat daar lange tijd weinig hinder van ondervinden en wordt de ziekte pas op late leeftijd onderkend. Deze aandoening kan worden voorkomen met behulp van DNA-testen en een goed fokbeleid.
Blindheid door PRA
Bij progressieve retina atrofie (PRA) verslechtert het netvlies en wordt de kat blind. De ziekte kan worden voorkomen door een goed fokbeleid en het testen van fokdieren op deze aandoening middels een DNA-test.
Nier- en/of leverfalen door amyloïdose
Hoe vaak amyloïdose precies voorkomt bij de somali is niet bekend, dat is onvoldoende wetenschappelijk onderzocht. De ziekte veroorzaakt chronisch nier- en/of leverfalen. Beide zijn lastig te behandelen en leiden onherroepelijk tot de dood. Zodra de diagnose nierfalen wordt gesteld bij een somali is er een gerede kans dat dit een symptoom is van amyloïdose.
Patella luxatie
Een losse knieschijf (patella luxatie) komt helaas steeds vaker voor bij de somali. Hierbij schiet de knieschijf van de knie af, dat is pijnlijk en veroorzaakt kreupelheid. Het kan worden verholpen middels dure operaties.
Geschiedenis
Het is niet precies bekend wanneer de somali is ontstaan. Men vermoedt dat de langharige vacht voortkomt uit een spontane mutatie bij de abessijn. In eerste instantie wilden fokkers van de abessijn geen langjharige katten gebruiken voor de fok. Vanaf 1960 veranderde dat en is men specifiek gaan fokken met de langharige abessijn. Het nieuwe ras werd al snel populair en het kreeg de naam ‘somali’. In 1972 werd de eerste somali-kattenclub opgericht in Amerika. In 1979 mocht de somali voor het eerst deelnemen aan kattenshows.
Hoge inteelt
Raby Chuffa of Selene - een mannelijke abessijn die in 1953 vanuit Engeland naar Amerika werd gebracht - wordt beschouwd als de vader van de somali in Amerika. Alle somali katten uit Canada en Amerika stammen af van deze kater en dat betekent per definitie een hoge inteelt.
Hoog risico op erfelijke aandoeningen
In de (vak)literatuur worden nog meer erfelijke aandoeningen genoemd. Vaak bestaat hiervoor weinig bewijs of komt de aandoening in Nederland zelden voor, dan wel is het ongerief nihil. Deze aandoeningen worden hier voor de volledigheid wel getoond, maar krijgen een score nul.
Amyloïdose (afzetting van eiwit in organen) (2) | Shelton L et al., 2006 Testerink-Baas E, 2010 |
Diabetes mellitus (suikerziekte) (1) | Ohlund M et al., 2015 |
Neonatale iso-erytrolyse (afweerreactie tegen eigen rode bloedcellen) (1) | Giger U et al., 1991 |
Patella luxatie (losse knieschijf) (1) | Testerink-Baas E, 2010 |
Progressieve retina atrofie (PRA) (voortschrijdende verslechtering van het netvlies) (4) | Djajadiningrat-Laanen SC et al., 2002 Kuys A, 2012 Menotti-Raymond M et al., 2007 Narfstrom K et al., 2009 |
Pyruvaatkinase deficiëntie (verstoorde energiestofwisseling van de rode bloedcellen) (4) | Grahn RA et al., 2012 Kohn B et al., 2005 Kushida K et al., 2015 Testerink-Baas E, 2010 |