Voor veel paarden en pony’s is het weideseizoen hét moment om weer natuurlijk gedrag te vertonen in een kudde.
Hierbij acht tips voor de weidegang en een goede introductie bij andere paarden:
- Introduceer paarden verstandig. Gebruik dit stappenplan om paarden op een veilige manier aan elkaar te laten wennen. Te snel nieuwe paarden bij elkaar zetten geeft stress kan conflicten veroorzaken. Geduld bij de introductie loont! Dan kunnen hengsten ook samen staan met ruinen of andere hengsten, mits er geen merries in hun nabijheid staan.
Het is belangrijk om steeds dezelfde paarden samen te zetten, zo ontstaan duurzame vriendschappen. Ook moet de weide genoeg ruimte bieden om een sprintje te trekken of elkaar te ontwijken. Is jouw paard een aso of chagrijn? Roep dan de hulp in van een gedragstherapeut.
- Lang gras is gezonder. Geef je paard bij voorkeur gras dat al bloeit. Kort gegraasd gras is gestrest en kan veel suikers bevatten. Lang gras bevat meer vezels en minder suikers. Door steeds een andere strook van de weide vrij te geven, wordt het gras niet overbegraasd en krijgt het tijd om te herstellen. Op een korte weide is het verstandig om hooi bij te voeren.
- Let op het gewicht. Gras is het ideale voer voor opgroeiende, lacterende en magere paarden. Oudere dieren hebben er veel baat bij als ze in de zomer weer volop gras kunnen eten. Voor dikkere paarden en sobere rassen, zoals shetlanders en tinkers, is een dieet verstandig. Te veel gras kan hoefbevangenheid of insulineresistentie veroorzaken. In twee uur kan een paard zich tonnetjerond eten. Met strookbegrazing of een graasmasker beperk je de inname van gras. Let op: gebruik het graasmasker alleen in combinatie met een veiligheidshalster.
- Let op de maag en darmen. Een kale weide of een nacht met te weinig ruwvoer kan een paard ziek maken. Een paard dat langer dan vier uur zonder ruwvoer staat, kan een maagzweer krijgen. Sommige hongerige paarden eten zand. Dit veroorzaakt buikpijn of zelfs koliek. Voorkom maag- en darmklachten door hooi bij te voeren op een kale weide. Grazen is overigens erg goed tegen maagzweren. Bij twijfel over ziektes raadpleeg je de dierenarts.
- Voorkom ontsnappingen. Zorg voor een goed hek om de wei. Controleer of op alle draden genoeg stroom staat. Er mogen geen struiken of gras tegenaan groeien. Zet ook de sloot af.
- Voorkom ongelukken. Loop met een nieuw paard eerst rustig een rondje door de weide langs de omheining. Zo zien ze hoe ver ze kunnen rennen. Hoe meer tijd paarden per dag buiten doorbrengen, hoe meer ontspannen ze zijn. Iedereen kent wel de vrolijk rennende en bokkende paarden als ze eindelijk weer de weide in mogen. Om blessures te voorkomen, laat je paarden iedere dag loslopen. Zo zijn ze er sneller aan gewend en dat maakt ze rustiger. Het is ook belangrijk dat ze kunnen rollen en ontspannen met soortgenoten. Jaag paarden niet op, daardoor krijgen ze juist eerder blessures. Een opgejaagd paard laat zich ook minder snel pakken. Het is goed voor de relatie met het paard om het dier te borstelen terwijl het los in de weide staat.
- Let op de gezondheid.
- Voorkom wormbesmettingen: verwijder mest en haal horzeleitjes van de benen van je paard. Laat de mest regelmatig controleren op wormen om gericht te ontwormen.
- Verwijder giftige planten zoals de scheuten van esdoorns en jacobskruiskruid.
- Maak je weide winterproof. Is jouw weide modderig in de winter? Dan is dit het moment om er iets aan te doen. Bekijk de mogelijkheden om een stuk land te draineren, op te hogen of te verharden. Zo kunnen jouw paarden ook in de winter buiten lopen.