In Nederland mag je niet meer fokken met honden als hun snuit korter is dan een derde van hun schedel. Dit om te voorkomen dat er honden met een te korte snuit geboren worden, die daardoor levenslang benauwd zijn. Ook in Amerika wordt erover geschreven.
Saving the pug
De schrijver van het artikel Saving the pug – opmerkelijk genoeg een mopshondenfan – zet de problemen duidelijk uiteen. Als kind was hij al dol op mopshonden, maar hij besloot er nooit een aan te schaffen. “They’re a genetic tragedy worthy of Shakespeare,” zo schreef hij ooit. In Saving the pug beschrijft hij hoe het ras gered kan worden door via outcross te komen tot de ‘retromops’. In Nederland wordt outcross tijdelijk toegestaan om fokkers de kans te geven om nieuwe, gezondere mopshondenlijnen te starten, die wel aan de wet voldoen.
Wereldnieuws onder rasverenigingen
Niet alleen in Amerika is de Nederlandse wet onder de aandacht gekomen. Het nieuws over de ban op kortsnuitige stamboomhonden heeft in veel meer landen stof doen opwaaien. De Raad van Beheer – de Nederlandse organisatie die stambomen afgeeft – besloot in mei met het stoppen van de afgifte van stambomen voor kortsnuitige honden van twaalf rassen. Clubs uit landen wereldwijd gaven hun mening over deze beslissing, en spraken zich uit tegen de Nederlandse wet en tegen de Raad van Beheer.
Nederlandse wetgeving wordt de standaard
Dier&Recht gaat ervan uit dat de Nederlandse wetgeving binnen afzienbare tijd overgenomen zal worden door andere landen. Dierenartsen en dierwetenschappers zijn het er al decennialang over eens dat een te korte snuit de gezondheid van honden schaadt. Zij zullen zich ongetwijfeld inspannen voor het bepleiten van dergelijke wetgeving in hun eigen land. Wij zijn benieuwd naar het eerste land dat het voorbeeld van Nederland volgt…
Jij ook? Schrijf je in voor de nieuwsbrief!