Transport

Kalveren bestemd voor de kalverhouderij worden binnen Europa over grote afstanden vervoerd als ze pas twee á drie weken oud zijn. Op deze leeftijd zijn kalfjes nog volledig afhankelijk van hun moeder. Ze eten nog geen vast voedsel, maar drinken enkel warme melk. Dit wordt niet gegeven tijdens het transport; vaak krijgen de kalveren zelfs geen water. 

Ziek door lage weerstand

Tijdens het lange transport worden veel kalfjes ziek. Ze zijn gevoelig voor grote temperatuurverschillen en hebben op hun jonge leeftijd nog geen weerstand tegen alle ziektekiemen die hun soortgenoten van andere bedrijven met zich meedragen. Bij aankomst in Nederland zijn de kalfjes ernstig verzwakt, uitgehongerd en uitgedroogd.

Zinloos gesleep

In Europa worden ieder jaar meer dan een miljoen kalveren van nog maar een paar weken oud in vrachtwagens geladen en vervoerd over grote afstanden. Ruim 800.000 van deze kalveren zijn bestemd voor de Nederlandse kalverhouderij. Nederland is de grootste producent van kalfsvlees in Europa. Hier worden kalfjes binnen een jaar vetgemest en geslacht, waarna 95 procent van het kalfsvlees weer de grens overgaat naar buitenlandse kopers. Het zinloze gesleep met deze piepjonge dieren veroorzaakt veel dierenleed.

Dier&Recht wil dat er een einde komt aan langeafstandtransporten met kalveren. We pleiten bij de Europese Commissie voor een verbod op transporten die langer duren dan acht uur.

Deel deze misstand