Ondanks de schaalvergroting is het percentage melkveebedrijven dat melkkoeien laat grazen vorig jaar toegenomen. Het aandeel koeien in de wei bleef echter gelijk.
Het percentage bedrijven dat koeien in de wei laat grazen is in 2016 gestegen naar 76,5% ten opzichte van 75,6% in 2015. Dit meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) vrijdag.
Het CBS kijkt naar de jaarlijkse Landbouwtelling, waarvoor de veehouders gegevens verstrekken. "Koeien staan vaker het hele jaar op stal naarmate er meer melkkoeien worden gehouden. Bij toenemende bedrijfsgrootte is weidegang lastiger in te passen in de bedrijfsvoering", aldus het CBS.
Dat blijkbaar toch een groter aandeel van de melkveehouders koeien heeft laten grazen is daarom opmerkelijk. In 2016 ging het om 64% van deze grote melkveehouders, met ten minste honderd dieren. Het jaar daarvoor was dit nog 61%. Met uitzondering van Limburg en Groningen is het aandeel melkveebedrijven dat weidegang toepast in alle provincies toegenomen. In Noord- en Zuid-Holland laten zelfs meer dan negen op de tien melkveebedrijven hun melkkoeien grazen.
Ondanks deze toename is het aandeel melkveekoeien in de wei echter niet toegenomen. Dit bleef constant op 65%. In 2001 liep 90% van de koeien nog in de wei. Daarnaast is de veestapel ook gegroeid. Het aantal melkkoeien is tussen 1 april 2015 en 1 april 2016 toegenomen met 123.000 dieren. Volgens het CBS wijst dit erop dat bedrijven die al weidegang toepasten, dit zijn blijven doen. Ook als ze er extra melkkoeien bij gingen houden.
In 2015 hebben wij de SP geholpen met een initiatiefmotie om het recht op weidegang op te nemen in de wet. Deze motie, gesteund door GroenLinks en D66, werd met een meerderheid in de Tweede Kamer aangenomen. Als het aantal bedrijven met weidegang inderdaad is toegenomen, dan hebben onze campagnes en de maatschappelijke druk effect gehad en is het tij voor de Nederlandse koeien misschien echt aan het keren.